Blog

maandag 11 mei 2015

Geen omgevingsvergunning aangevraagd, wel concreet zicht op legalisering

Wanneer wordt gebouwd zonder de vereiste omgevingsvergunning dan kan dit leiden tot handhavend optreden van het college van burgemeester en wethouders, tenzij concreet zicht op legalisering bestaat. Hiervan is sprake als legalisering mogelijk is en er een aanvraag voor de vereiste omgevingsvergunning is ingediend.

De Raad van State heeft hier nu een aanvulling op gemaakt. Ook als nog geen concrete daarop gerichte aanvraag is ingediend dient het desbetreffende bestuursorgaan de vraag of legalisering mogelijk is zelfstandig te beantwoorden. Hierbij is van belang of er onwil bestaat om een omgevingsvergunning aan te vragen.

"Wanneer legalisering van de situatie tot de mogelijkheden behoort, kan niettemin concreet zicht daarop ontbreken, bijvoorbeeld indien de overtreder weigerachtig is een aanvraag ter legalisering in te dienen. Niet is gebleken dat [wederpartij] weigerachtig is een aanvraag in te dienen voor de vereiste omgevingsvergunning. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat het college eerder aan [wederpartij] heeft medegedeeld dat het indienen van een aanvraag om omgevingsvergunning zinloos was. Het college heeft zich derhalve ten onrechte op het standpunt gesteld dat nu een aanvraag om zodanige vergunning ontbreekt geen grond bestaat om wegens concreet zicht op legalisering van handhavend optreden af te zien.", aldus de Raad van State.

In dit geval waren een keuken en sanitaire voorzieningen gebouwd zonder omgevingsvergunning. Dit was in strijd met het bestemmingsplan. Het overgangsrecht van het bestemmingsplan stond gedeeltelijk vernieuwen of veranderen van een bouwwerk wel toe. De bouw van de keuken en sanitaire voorzieningen viel onder gedeeltelijk vernieuwen of veranderen. Legalisering was dus mogelijk.  Er was geen omgevingsvergunning aangevraagd omdat het college had meegedeeld dat dit zinloos was. Vervolgens ging het college handhaven. Hier stak de Raad van State en stokje voor.

Kortom, als er geen omgevingsvergunning is aangevraagd omdat het college heeft gezegd dat dit zinloos is terwijl dit niet zo is, dan mag het college niet handhaven onder het mom dat concreet zicht op legalisering zou ontbreken.

Uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 29 april 2015.