Blog

dinsdag 13 augustus 2013

Als de uitbreiding van een strandtent niet tijdelijk is bedoeld dan mag ook geen tijdelijke omgevingsvergunning worden afgegeven

Een bouwplan om een strandtent uit te breiden is in strijd met het bestemmingsplan "Landelijk gebied", omdat op het perceel de bestemming "Waterstaatswerken" rust. Het college van Noord-Beveland heeft daarom, voor een termijn van vijf jaar, omgevingsvergunning verleend.

De rechtbank heeft in het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan waarin ter plaatse een bouwblok voor het bedrijf van de appellant is opgenomen een aanwijzing gezien dat de unit niet bedoeld is van tijdelijke aard te zijn. Dit is terecht, aldus de Raad van State: "Nu het de bedoeling van appellant is dat het bedrijf zal worden voortgezet, bestaat geen aanleiding voor het oordeel dat na het verstrijken van de instandhoudingstermijn geen behoefte meer bestaat aan de unit. Hierbij wordt van belang geacht dat appellant geen concrete en objectieve gegevens heeft aangedragen die erop wijzen dat het bouwblok is bedoeld voor een voorziening die ook ’s winters kan blijven staan en dat de unit na het verstrijken van de instandhoudingstermijn niet wordt teruggeplaatst. De rechtbank is gelet hierop terecht tot het oordeel gekomen dat het college niet bevoegd was de omgevingsvergunning voor een termijn van vijf jaar te verlenen."

Er mag dus geen omgevingsvergunning voor 5 jaar worden afgegeven als de bebouwing niet voorziet in een tijdelijke behoefte.

Bron: AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK 7 augustus 2013, 201207813/1/A1